Voor onze Vogelfotografie Reis Grote Trap en veel meer in de periode van 1 maart tot 15 april en van 1 mei tot 20 mei. Zie: https://vogelsportugal.nl/vogelfotografie-reis-grote-trap-en-veel-meer-vogels-in-portugal/
Gezien in de Alentejo regio van Portugal.
De Grote Trap is zo hoog als een ree en de zwaarst vliegende vogel in Europa. De Grote Trap is verwant aan de Koritrap, de zwaarste vogel die kan vliegen.
De mannelijke Grote Trap bereikt een lengte van 90 tot 105 cm. De vrouwtjes zijn kleiner en worden tussen de 75-85 cm lang. De spanwijdte van het mannetje is 210-240 cm en de vrouwtjes hebben een spanwijdte van 170-190 cm. De mannelijke Grote Trappen zijn de zwaarste vogels uit de regio die kunnen vliegen. De mannetjes zijn twee keer zo zwaar als de vrouwtjes, de mannetjes wegen tussen de 8 en 16 kg en de vrouwtjes 3,5 tot 5 kg. In de vlucht vallen de zware borst en grote witte vlakken op de vleugels op. De vlucht gelijkt op die van een arend met zware, diepe vleugelslagen. Op de grond zijn de mannelijke vogels te herkennen aan de roodbruine bovenvleugels en staart, de grijze hals, kastanjebruine borstband, de witte buik en het wit op de vleugel. Ze ogen erg groot en hebben een dikke nek. Tijdens de balts vallen vooral de witte veren op. De vrouwtjes zijn een stuk kleiner, hebben een dunnere nek en missen de kastanjebruine borstband en staart. Ook minder wit op de bovenvleugel.
Meer foto´s onderaan de pagina.
Het enige andere lid uit de familie der trappen binnen Europa is de Kleine Trap (Tetrax tetrax). Zoals de naam al aangeeft is deze soort een stuk kleiner en zowel de mannetjes als vrouwtjes lijken qua verenkleed ook niet op de Grote Trap.
De eieren worden tussen april en mei gelegd en in juni in de koude, oostelijke delen van het verspreidingsgebied. De vrouwtjes leggen normaal gesproken twee eieren die gedurende 25 dagen door haar worden geïncubeerd. Soms één of drie eieren. De jongen blijven bij het vrouwtje tot het volgende jaar, als de broedcyclus opnieuw begint. Het nest wordt op de grond gebouwd, vaak in de nabijheid van de baltsplekken. Jonge mannetjes vliegen gewoonlijk 5-65 km van de plek waar ze geboren zijn, terwijl jonge vrouwtjes plekken op slechts 0,5 tot 5 km van de geboorteplaats bezetten. De jonge vogels blijven vaak in de buurt van soortgenoten, ook al zijn de omstandigheden in naastgelegen gebieden beter. De vrouwtjes beginnen met broeden tussen hun tweede en vierde levensjaar, de mannetjes pas in hun vijfde of zesde levensjaar.
De soort vertoont spectaculair baltsgedrag, waarbij de mannetjes hun kop in de nek leggen, hun keelzak opblazen en de veren uitrekken. Doordat het dan lijkt alsof de vogel binnenstebuiten is gekeerd en vele witte veren zichtbaar zijn, wordt de balts van de Grote Trap ook wel een “schuimbad” genoemd. De baltsplekken zijn groot en mannetjes staan vaak zo’n 50 meter bij elkaar vandaan. Als het baltsseizoen vordert wordt die afstand steeds groter. De vrouwtjes lopen er vaak al foeragerend tussendoor om ondertussen de mannetjes te inspecteren. De oudste en zwaarste mannetjes hebben de meeste kans om door het vrouwtje gekozen te worden, omdat haar keuze van het gewicht afhankelijk is.
Grote trappen zijn omnivoren. Ze eten ’s winters vaak gewassen als klaver, luzerne, zwarte mosterd en knolrapen en granen als gerst en tarwe. ’s Zomers eten ze gevarieerder en bestaat hun dieet voor 40% uit ongewervelden.
Vogels kijken in de Alentejo regio van Portugal, Vogelvakantie en vogelexcursies met Nederlandse gids.
Wáááánzinnig fraaie foto’s, Bert!
Dank je Harry!!!